Album recensie: Dion - The Rock _N_ Roll Philosopher
In dit artikel:
CD/boek/digitaal, KTBA Records — uit 24 oktober 2025. Hans Ros en Jos Verhagen beschrijven hoe Dion, van voormalig tieneridool tot gerespecteerde rootsrocker, met The Rock’n Roll Philosopher een doorleefd overzicht van zijn repertoire en wortels presenteert.
Dion DiMucci brak in de jaren vijftig en zestig door met wereldhits als The Wanderer, Dream Lover en Ruby Baby, maar zijn muzikale basis ligt diep in de blues, country en doo‑wop. Al vanaf zijn jeugd — hij reisde mee met zijn vader, een vaudeville‑entertainer — leerde hij traditionele blues en nam die ervaring mee in zijn latere rockgeluid. Dat verklaart volgens de schrijvers waarom zijn poging tot intieme, akoestische en rootsgerichte muziek overtuigt waar veel vergelijkbare projecten van andere rocksterren tekortschoten: authenticiteit is bij Dion van jongs af aan ingebakken.
Het nieuwe album komt kort na zijn autobiografie The Rock’n Roll Philosopher, mede geschreven met Adam Jablin. Het fungeert als een soort setlist uit een carrière die ruim zestig jaar beslaat en bevat zowel herschikkingen van vroeg werk als herinterpretaties van latere songs. Dion werkt opnieuw samen met grote namen: Eric Clapton, Mark Knopfler, Joe Bonamassa en Sonny Landreth leveren gitaarbijdragen die grotendeels voortbouwen op sessies uit 2021’s Stomping Ground, maar nu in een nieuwe mix met meer swing.
Nummerkeuze en sfeer lopen uiteen: de opener “I’m a Gangster of Love” zet de bluesrocktoon, “New York Minute” en een frisse, saxofoonrijke versie van “Ruby Baby” halen zijn vroege periode op, en “New York Is My Home” is een herziene versie van een track die hij eerder met Paul Simon uitbracht (Simon schreef ook het voorwoord voor zijn boek). Oudere live‑stukken zoals “In a Heartbeat of Time” en “King of the New York Streets” ademen een Tom Petty‑achtige energie. Dion vermengt verrassend elementen — zo combineert hij Tom Waits’ San Diego Serenade met zijn eigen gospel Come to the Cross in “Serenade / Come to the Cross”. “Ride with You” toont uptempo slidegitaarwerk, terwijl het album zachtjes eindigt met gevoelige bewerkingen van “Abraham, Martin and John”, “Runaround Sue”, “The Wanderer” en het stijlvolle, ingetogen “Mother and Son”.
De tekst blikt ook terug op een cruciaal levensmoment: Dion was uitgenodigd voor de beruchte Winter Dance Party‑vlucht van 2 februari 1959 — de crash die Buddy Holly, Ritchie Valens en The Big Bopper het leven kostte — maar kon de vlucht niet betalen en bleef achter. Die gebeurtenis tekende zijn leven en carrière. The Rock’n Roll Philosopher benadrukt dat Dion, ondanks zijn status als rock‑idool en Rock & Roll Hall of Fame‑inductee, altijd een echte bluesspeler is gebleven.